Page 14 - Museumgids_NL
P. 14
werd ook als “Schotten”, kaas van sterk ingedroogde kwark bewaard en soms ook gerookt. Om ongeveer 7 uur was het ontbijt, meestal melk of kwarksoep, direct uit de voorafgedane melkverwerking. Koffie was onbetaalbaar. In en na de 2e werel- doorlog werd vaak surrogaatkoffie, gemaakt uit gerstemout gebruikt. Daarna werd begonnen met de “Togwerch”, de dagtaak. Werkzaamheden in huis en - in de zomer - op het veld. Haver, gerst, tarwe, rogge en ook aard- appelen werden verbouwd. In de winter wachtte het werk in het bos en het hooi moest met de slee uit de afgelegen hooihutten gehaald worden. (Op de dorsvloer staan verschillende sleeën) De noodzakelijke reparatiewerkzaam- heden werden verricht. Deze werkzaamheden vergden niet alleen veel kracht en uithoudingsvermogen, maar waren vaak ook heel gevaarlijk. Het gras op de weide werd met de zeis gemaaid, daarna met de reek (houten hark) verspreid en gekeerd. Als het hooi droog was werd het naar de hooi- schuur of, op veraf gelegen weilanden in hooihutten gebracht. Als de hellin- gen zo steil waren, “dat de kippen zelfs nog klimijzers nodig hadden”, werd het hooi tot grote balen samen-gebonden en op het hoofd naar de hooiberg gedragen. Aangezien niet zelden ook “Dirndl”, jonge vrouwen bij het hooien meewerkten, werd met het “Fiadaldrogen”, het wegdragen van de zware hooi- balen, de mannelijke kracht bewezen. De kinderen werden ingedeeld om de paarden te leiden. Als het weer “brem- sig” was (drukkend) en de horzels het op mens en dier voorzien hadden, was dit zeker geen aangename klus. Om “Neunerln” (9.00 uur) stond er een stevige tussenmaaltijd van spek en kaas op het programma met ‘s winters vaak zuurkool erbij. Het middageten bestond hoofdzakelijk uit meelkost, verschillende in vet gebakken deegpro- dukten. Melk, meel, eieren, varkensvet, door de fantasie van de boerin steeds in nieuwe variaties bereid. 12
   9   10   11   12   13   14   15   16   17   18   19